Berichten

Groeten uit lockdown


Omdat ‘corona’ en ‘kansen’ zo lekker met elkaar beginrijmen, zie ik ze regelmatig gecombineerd voorbij komen op sociale media. Aangezien taal echt mijn ding is, snap ik dat het verleidelijk is om een woord als ‘coronakansen’ in het leven te roepen – het bekt immers lekker – maar toch vind ik het gek om het over kansen te hebben waar we in een wereld terecht zijn gekomen waar die kansen vooral betekenen dat je (ernstig) ziek wordt, in de financiële problemen komt omdat je bedrijf op zijn gat ligt, je ineens hele dagen alleen thuis zit, of dat alles tegelijk.

Ik zou hier dus niet willen spreken van kansen, maar dat deze door de intelligente lockdown opgelegde stillegging van het leven ineens gelegenheid bood om projecten op te pakken die ik al tijden op de plank had liggen. Dat klinkt eerbiediger voor diegenen die een geliefde verloren of die op een andere manier getroffen worden door deze shitstorm.

In quarantaine zijn in wat mijn hobby en werk is (ons huis) voelt niet als een grote aanpassing. 24/7 voor twee kleine kinderen zorgen…wel. Dus om te voorkomen dat mijn moederdagcadeau de komende 25 jaar aan mijn neus voorbij zou gaan wegens Slecht Gedrag, realiseerde ik me dat dit Het Moment was om al die verf- en maakprojecten die ik vorig jaar vol goede moed meeverhuisde nu eindelijk eens op te pakken. Tijdens het uitvoeren zou ik dan tegelijk in de gaten kunnen houden of mijn kinderen niet per ongeluk ergens brand stichtten of zichzelf of elkaar verwondden en zou ik tevens mijn mentale gezondheid kunnen onderhouden. Dus zo werd ik, door de lockdown, zomaar ineens een knutselmoeder. Maar dan toch net even anders.

Ik verfde een spiegel die verdacht veel op een Bastognekoekje lijkt en een Griekse zuil die ik beiden vlak voor de lockdown bij de kringloop vond. (Merk je dat ik net doe alsof het doodnormaal is om een twee meter hoge Griekse zuil je huis in te slepen? Rietveld draait zich om in zijn graf, of zou hij ook dergelijke hysterische quilty pleasures hebben gehad?)

Tegen de tijd dat het Pasen werd, maakte ik een stel paaseieren van wolvilt op mijn nieuwe naaimachine. Het waren de eerste Paasdecoraties die ik maakte sinds ik een paashaas van een wc-rolletje knutselde op de basisschool. Na dit project was ik zo enthousiast over mijn naaimachine en over het feit dat ik geen van vingers had doorboord met een naaimachinenaald, dat ik besloot een kussensloop te maken van een kringloopshirt. Voor de achterkant gebruikte ik een stofje met patroon dat ik per ongeluk ondersteboven vastnaaide, wat niemand (mij incluis) opviel tot mijn oudste dochter erlangs liep en achteloos opmerkte dat de stof verkeerd om zat.


En ik maakte een knoopkussen. Dat was een iets minder geslaagd project. Sterker nog, het ding lijkt meer op een drol dan op een kussen. Maar omdat ‘drôle’ in het Frans ‘grappig’ betekent mag het kussen in naam van de woordgrap blijven.


Het állergrootste project waar ik de afgelopen weken tussen de bedrijven door aan werkte is het opknappen van een bij de kringloop gevonden Rietveldstoel. Hij is bíjna klaar, maar als je er al iets meer van wil zien dan kan dat via deze Instagram stories. Als hij klaar is, zal ik een aparte blogpost aan hem wijden.

Ik las eens ergens dat positief in het leven staan niets te maken heeft met altijd maar positief zijn, maar met het vertrouwen in je eigen vermogen om positief te reageren op levensveranderende gebeurtenissen. Nu ben ik getrouwd met een rasoptimist, dat hielp mij al jarenlang die kunst af te kijken. Daarnaast is iedereen om ons heen gezond. De kelder staat ondertussen nog net zo vol als altijd, maar er is niks in vlammen opgegaan en de kinderen hebben zich geweldig goed gehouden in wat voor hen ook een hele rare tijd is (dat zou je bijna vergeten). En maandag begint het leven weer, een heel klein beetje zoals het was. Blijf gezond, lieve allemaal.

Stay tuned for more happy days!


Zoals ik al op vtwonen.nl schreef was ik niet op zoek om iets te vinden in de kringloop (hoe vaag dat ook mag klinken), maar vooral om inspiratie op te doen.

Prompt vond ik er de tekening linksboven. Om een paar dagen erna, tijdens een dagje uit met vrienden, de fantastische kas rechts (en onder) te vinden. En om afgelopen vrijdag mijn allereerste column in het &Katern van het AD tegen te komen. (Dit laatste suggereert dat ik er niets vanaf wist, wat natuurlijk grote onzin is…ik heb de nachten tot 17 februari amper geslapen.) Als je me met kerst 2016 had verteld dat ik in februari 2017 en column zou schrijven voor de krant, had ik je vierkant uitgelachen.

Wat maar weer bevestigt dat je nooit weet wat het heelal voor je in petto heeft.

Ik tel mijn zegeningen.

Thrifted a gorgeous painting and the (pretty spectacular) vintage greenhouse and my first column for a Dutch newspaper was published last Friday. Happy days!


 

Giddy up!

Giddy up, Rainbow! - Oh Marie!

Bij de manege waar ik jaren geleden reed, stonden de paarden op eenzame hoogte. Niet dat ik me had ingeschreven bij een manege op Mount Everest, maar laat ik het zo zeggen: als je advocaat je belang net zo goed verdedigde als die manegehoudster dat van haar paarden, dan zat je qua vrijspraak gebeiteld. En sinds paarden niet kunnen zeggen wat ze willen of nodig hebben (al zijn ze bijzonder goed in het uitzenden van bepaalde signalen), was ik het helemaal eens met die diervriendelijke verdeling. 

Giddy up, Rainbow! - Oh Marie!

Ze keken bij de manege om die reden goed of een ruiter bij een paard paste. Omdat ik niet bepaald een Amazone was, reed ik meestal op Buffalo. Buffalo was een Tinker, een fors gebouwd paard (bigboned, not fat) met grote sokken, een roze neus, lange manen en zwarte en witte vlekken. (Een soort Hidalgo, mocht je de film gezien hebben.) Buffalo was een grote lieverd en ook een grote dondersteen. Hij voelde, zodra ik op zijn rug zat, of ik een redelijke of slechte dag had (daartussen fluctueerde mijn vaardigheden) en soms stond ik minutenlang te proberen hem aan het lopen te krijgen, terwijl de rest van mijn klasje al lang aan het warmlopen was. Áls hij dan ging lopen, was dat omdat hij daar zin in had, niet omdat ik hem zo goed aanspoorde. Een soort walk of shame, inderdaad. Voor mij. Ik ging er nog meer door van hem houden. Ik herkende iets van mezelf in Buffalo, denk ik.

Giddy up, Rainbow! - Oh Marie!
Na het poetsen of afzadelen stond ik vaak nog zijn lieve roze neusje te aaien, of hem achter zijn oren te kriebelen. Hij vond het allemaal prima. Buffalo was dan wel niet mijn eigen paard en mijn liefde voor hem was zeker niet exclusief, maar op die momenten voelde hij toch een beetje als mijn hoogsteigen verzorgpaard. Dus zo werd ik, toen het al lang niet cool meer was om dat te ambiëren, toch nog een soort Penny-meisje.

Het is een lange aanloop, maar mijn herinnering aan Buffalo deed me dit handgemaakte houten paardje van de kringloop meenemen. Op zijn rug staat ‘H. 27-11-’68’. Of het nu een eindexamenwerkstuk is geweest, of een eerbetoon aan iemand’s verzorgpony, maakt natuurlijk niet uit. Hij herinnert mij aan die tijd waarin ik nooit een Amazone werd, maar wel vriendschap voor het leven sloot met paarden. Al dan niet van de kringloop.

How this thrifted horse reminds me of my horse riding days and of my favourite riding school horse called Buffalo.

Veel te duur, maar toch tevreden

Vintage - teveel betaald en toch tevreden - Oh Marie!
Soms heeft een mens koop.

Ik heb dat nogal eens op de momenten nadat ik hard gewerkt heb. Vroeger kocht je dan een paar schoenen, of een nieuwe broek, maar kostentechnisch behoort dat niet meer tot de mogelijkheden tegenwoordig. (Wat absoluut niet erg is, trouwens.)

Als zich aan het eind van zo’n dag de mogelijkheid voordoet, dan duik ik graag – tot groot verdriet van de kringloopeigenaar, want vlak voor sluitingstijd – nog even een kringloop binnen. Niets ontspannender dan de geur en aanblik van een loods vol met potentiële schatten.

Vintage - teveel betaald en toch tevreden - Oh Marie!

Dit weekend begeleidden Ellen en ik een nieuwe editie van de kickstart voor startende creatieve ondernemers. En laat de Westerkade, waar we de kickstart geven, nu vlakbij De Arm van Utrecht te zitten. Een enorrrme, moederneukend grote joekeloekes van een kringloop. Met heul veul meubels. Waar ik eerder al een gave wandkast vond trouwens, maar daarover later meer.

Ik stapte dus, vlak voor sluitingstijd, naar binnen.

Er is een klein probleempje aan De Arm (eigenlijk met alle kringlopen in Nederland): ze zijn erg duur. Wat de naam ‘Arm’ een komisch tegenstrijdig woordgrapje maakt. Tenzij het verwijst naar de financiële status van afrekenende klanten.

Maar ja, die koop hè?

Ik vond het boekje*) en de pannenlappen. Ik hoef hier niet meer uit te wijden over mijn zwak voor huisvlijt, toch? Het waren daarbij niet zomaar pannenlappen, maar huisjespannenlappen.

Die dus wel € 3,- per setje waren. Het boek kostte € 1,-. Ik rekende, geheel tegen mijn principes (die je wel móet hebben tegenwoordig, met die vertienvoudigde prijzen), € 7,- af voor het hele zwikje.

Blij dat ik ermee ben.

Het vlees was weer zwak.
En De Arm rijk. Dankzij sukkels zoals ik.

Wat me wel weer een stuk minder schuldig doet voelen over mijn vlak-voor-sluitingstijd-winkelgedrag.

*) Ik kijk altijd even bij de pockets op de boekenafdeling: ik ben gek op de boekcovers die Dick Bruna ontwierp voor Zwarte Beertjes!

The alternative Vitra tray

The alternative Vitra Tray - Planet Fur
Gevaarlijk, deze titel. Het schept nogal wat verwachtingen, namelijk. Helaas is dit geen tutorial om je eigen Vitra rotary tray te maken. Het lijkt er niet eens op. Misschien lig je nu zelfs wel hoonlachend achter je beeldscherm, nu je deze foto ziet na het lezen van de titel. Dan ben ik in ieder geval blij dat ik je aan het lachen hebt gemaakt, dat is één van de redenen waarom ik blog. (Want zoals Bassie van Adriaantje altijd zegt: “Een dag niet gelachen, is een dag niet geleefd”.) Als blogger moet je, vind ik, af en toe met een prikkelende titel komen. Vandaar. Maar goed, kappen met die disclaimers nu, Fur. Maak je punt.

Ik hou toevallig erg van het stapelen en dat kan je echt fantastisch met die Vitra tray. Er kleven alleen twee nadelen aan dat dienblad: de prijs en dat je ‘m momenteel overal ziet. Wat ik heel goed snap, begrijp me niet verkeerd. Want hij is echt prachtig. Met oude meuk, zoals ik mijn kringloopschatten liefdevol noem (ook al kan ik me voorstellen dat die naam minder liefkozend klinkt  – maar goed dat die kringloopspullen geen oren hebben), stapelde ik iets wat uiteindelijk in de verte iets weg heeft van een dienblad met meerdere verdiepingen. Het blauwe serveerschaaltje komt uit een oude paascollectie van Albert Heijn, het dienblad van Ikea en dat grijze druppelvormige ding lijkt een onderdeel van een groter geheel te zijn..maar alleen dit deel lag bij de kringloop. Het vaasje is gemaakt door Ros Lee van Polkaros. Die trouwens net zo veelvoorkomend op dit blog begint te worden als de Vitra tray. Hij staat bijna iedere week wel ergens op een foto.

Het enige wat ik nu nog hoef te doen is een jaartje of 30 wachten tot de eerste mensen hun vintage Vitra rotary tray naar de kringloop brengen. Geduld is een schone zaak. (Voeg hier hoongelach in.)

The alternative Vitra Tray - Planet Fur
Maybe you opened this post with high expectations, considering its title. And maybe after seeing its contents, you bursted into Dr. Evil-like laughter. Vitra rotary tray? Seriously? If that’s is the case, I’m happy I made you laugh. It’s one of the reasons why I blog. Second, as a blogger, it’s one’s duty to choose poignant titles for one’s posts now and then. Which explains the choice of the tricky name of this post. But enough with the disclaimers, let’s get to the point I’m trying to make here.

The good thing about the Vitra tray is that it makes it possible to stack things. And I love stacking things. The downside of the tray is its price and the fact that everybody seems to have one these days. Which I totally understand by the way, ‘cause it’s beautiful. But I decided to make my own tiered tray, with a vintage piece (the grey droplet), an Ikea tray and my cute little Polkaros pot (which is starting to get as common as the Vitra tray here on this blog. It appears on at least one photo per week).

I’m strangely attracted to this pile. Even better, I stopped craving for the one from Vitra. For now.

The only thing that’s left for me to do now is wait thirty years until the first people bring their Vitra trays to my local thriftshop. (Insert scornful laughter here.)

The alternative Vitra Tray - Planet Fur