Een getoeëerde biker op een bloemschikcursus


Ken je dat? Dat je naar een kringloop gaat, daar iets ziet liggen, het niet direct meeneemt en dat het vervolgens weg is? Ik speel graag dit Russisch roulette-achtige spelletje in de kringloop. Nou ja, graag…op de een of andere manier overkomt het me nogal eens. Soms twijfel ik namelijk of ik een item mee moet nemen en dan laat ik het lot de afloop bepalen.

Hetzelfde overkwam me met dit hangbloempotje. Ik viel op zijn kleur, maar de vorm vond ik…twijfelachtig. Tot ik hem, toen ik nog eens terugliep naar het schap waar hij lag, niet meer terug kon vinden. Toen brak het zweet me toch een beetje uit. Ik kon me namelijk niet voorstellen dat er nog iemand anders in die kringloop rondliep met dezelfde twijfelachtige smaak als ik. Nou, dat was dus ook zeker niet het geval, want ik keek gewoon niet goed. Hij lag er nog.


Ik zag wat in die gekke groen-bruine kleur. Sowieso hou ik heel erg van keramiek met een matte afwerking. Dat is nu mode, maar jaren geleden was het dat ook. En dan ook nog in de meest bizarre kleurstellingen. Zo ben ik in het bezit van een bloempotje in de kleur Denim Drift. Toen het nog geen Denim Drift heette, maar gewoon vergrijsd blauw. Of beter nog: “obscure mix van blauwtinten”. Want aan obscure kleurmixen deed men veelvuldig in de jaren ’70.

Gelukkig tegenwoordig dus ook weer. En ik hou daarvan. Omdat vreemde, gesatureerde kleuren het zo goed doen bij pastels. Ze halen het schattige van pastels af. Ze zorgen ervoor dat je huis er niet als een goedkope, maar als een interessante snoepwinkel uitziet, zogezegd. Pastels gecombineerd met zwart, bruin, donkergroen of wijnrood zou je kunnen vergelijken met een bloemenoma die stiekem van heavy metal houdt. Of juist een heavy metal fan die van bloemschikken houdt.

Ik gaf het hangpotje een (verbeterd) uiterlijk door hem met nieuw paracord op te hangen en er blankhouten kralen aan te rijgen. Het paracord kocht ik ooit eens bij Action, maar het is ook in alle soorten en maten op internet te koop. De kralen koop je onder meer bij Pipoos, maar ik vond eens een lading bij de kringloop.


Op mijn werkkamer staat een bruin mokje dat ik tijdens een kringlooprondje met Marij vond. Marij heeft iets waar ik van droom, maar wat in mijn geval nooit van de grond zou komen: een webwinkel in vintage. Als je het nu hebt over het combineren van pastels met donkere kleuren, dan moet je bij Marij zijn. Zij doet dat als geen ander.

Het bruine mokje is handgemaakt en heeft een kleur bruin die niet op beeld te vatten is. Ik zou het beschrijven als pastelbruin, als er al zoiets bestaat. Prachtig. Hij zorgt voor de perfecte vleug heavy metal in mijn snoepwinkel. Als een zwaar getatoeëerde biker in ZZ top stijl op een bloemschikcursus.

Last week I thrifted this hanging planter and the cute brown mug. The color of these items take off the sugar sweet edges of pastels and make a pastel coloured interior look less like a cheap candyshop. In my humble opinion, that is. Black, brown, burgundy and dark green combined with pastels are like a sweet old grandmother that secretly likes heavy metal. Or like a heavy metal fan that attents a flower arranging course. They make an interesting, edgy combination.

I also have a weak spot for ceramics in matte, obscure colours and lucky for me, thriftshops are cramped with weird coloured ceramics from the 70s. If you’re looking for more inspiration on this matter, make sure to take a peek at my friend Marij’s webshop in vintage. She’s the queen of combining pastels with dark, saturated colours. 

It’s going to be legen…wait for it…merry!


Op vtwonen.nl schreef ik al over de kerstversiering in ons huis, die foto’s mogen op dit blog natuurlijk niet ontbreken. Daarom hier en daar hetzelfde verhaal én wat nieuwigheden. For shits and giggles baby, yeah!

Kerstversiering is altijd een beetje een heikel punt voor mij. De plek van de kerstboom is, door de vorm van onze woonkamer, bijvoorbeeld een dilemma. Op de plek bij de achterdeur ziet hij eruit alsof hij naar binnen is geslopen en ieder moment weer kan vertrekken. En aan de voorkant naast de verwarming vergaat hij wel érg snel door de warmte. Het knaagt ook ieder jaar weer aan me dat al die opgekweekte kerstbomen na vier weken bij het vuil terechtkomen. Ik zette onze bomen de afgelopen jaren steeds in de achtertuin, maar aangezien ik zelf geen kerstbomenhandel wil beginnen, is dat ook niet houdbaar.

Nee, ik zat meestal niet in een goede kerstversieringsvibe.


Een kleine, houdbare kerstboom wilde ik dus. En ik vond er ook een dankzij Lisanne, die me de naam van dit naaldboompje tipte. De kamerden of het tafeldennetje (alleen die naam al!) komt oorspronkelijk uit Australië en is een van de enige naaldbomen die je binnen kan houden (dit klinkt alsof het over een huisdier gaat, aaach). Dit boompje speelt nu voor kerstboom en de rest van het jaar is het gewoon een kamerplant. Ik vind het een topoplossing. Ik vond de mijne trouwens gewoon bij Intratuin, mocht je er een zoeken.


Achter de kruk waar mijn tafeldennetje op staat zit ook een leuk verhaal. Iris, mijn (zo bleek wel) Zeer Onverschrokken blogvriendin, trok hem voor mij, na een avond uit, uit een zeecontainer met grof vuil. Zo’n container waar je op moet klimmen om überhaupt te kunnen zien wat erin ligt. Nu vraag je je natuurlijk af waarom we dat wilden weten. We hadden geen Lara Croft ambities of iets dergelijks, maar er hing een stoel over de rand die onze nieuwsgierigheid wekte. En nee, we waren zeer zeker niet dronken. Drank en dumpster diven gaan nooit samen. Onthou dat. (Of maak er anders een YouTube filmpje van. Dan levert die combinatie in elk geval nog potentiële wereldfaam op.)

Ik verfde de kruk donkergroen en roze. De strikken in de boom zijn van HEMA, net als de gouden ‘merry’ letters en de witte pinwheels boven de eetkamertafel. Achter de kerstboom (voor zover je het kan zien, hoera winterlicht!) hangt een analoge foto die ik, geheel geïnspireerd op deze prachtige analoge foto van Anki, een zomer geleden maakte. Over Anki gesproken, zij en haar Lief Casper ontwierpen de kerstboomposter hieronder. Je kan hem hier kopen.

Naast het tafeldennetje staat ook traditiegetrouw de roze boom met Nijntjes in de woonkamer. Die had ik al voor onze dochter geboren werd, want stiekem ben ik zelf ook gek op roze kerstbomen met Nijntjes. De Nijntjes kon je ooit eens sparen bij Bruna. Op raadselachtige wijze heb ik destijds wel 20 Nijntjes verkleed als heks op een bezemsteel bij elkaar gespaard, maar niet veel andere figuurtjes (is dat een wetmatigheid ofzo?). Ik heb mijn verzameling uiteindelijk uitgebreid op de Verzamelaarsbeurs die twee keer per jaar in Utrecht plaatsvindt.


De adventshuisjes kocht ik bij Yay in Antwerpen. Ze zijn van MeriMeri. Ik stopte in ieder huisje een klein cadeautje en iedere ochtend weer probeert Jet er weer meer dan één uit te pakken. Oooh, de onbeschaamdheid van een tweejarige, het is jammer maar ook heel nuttig dat je dat schaamteloze ergens voor je 18e kwijtraakt. Op de foto rechts zie je mijn Duitse Erzgebirge kerstpyramide. Als je de kaarsjes aansteekt, gaat het molentje draaien door de warmte van de kaarsjes. Ik kan daar kinderlijk blij van worden. Jet trouwens niet. Zij vindt dat draaiende molentje op de een of andere manier nogal angstaanjagend. (Het beweegt uit zichzelf maar het is geen mens en ook geen dier: geef het kind eens ongelijk.) Hopelijk verliest ze die angst ook voor haar 18e.


Mijn moeder maakte over de jaren tientallen kerststallen van hout, in alle maten en kleuren voor zo’n beetje de hele familie. Ik heb diepe bewondering voor de vele uren werk die er in die stallen zitten…zeker als je bedenkt dat ze er minimaal 30 gemaakt moet hebben. Degene op de foto’s ‘erfde’ ik dit jaar van haar “omdat ze nu eenmaal liever met warme dan met koude hand geeft” (of dat een officiële uitdrukking is weet ik niet, ik ben op dat vlak een beetje verknipt geraakt…maar ze bedoelt ermee dat ze het liever bij leven en welzijn geeft dan dat we het later erven). Voorafgaand aan die gift ontspon zich trouwens nog een hilarisch gesprek:
Mamma: “Ik moet echt gaan opruimen, ik heb denk ik wel 16 kerststallen in huis staan.”
Ik: “O, dan wil ik héél graag die stal in pastelkleuren adopteren!”
Mamma: “Maar jij hebt toch al een stal?!”

Dat maakt deze tijd misschien wel het allerleukst (en voor hen die hun geliefden moeten missen daarom ook zo moeilijk): deze maand is volgepakt met oude en nieuwe herinneringen en gezelligheid. Het is allemaal zo simpel, maar ik word er heel erg blij van.


Kortom: ik kan rapporteren dat het versieren van het huis dit jaar naar wens verloopt. Jij ook heel veel versierplezier en gezelligheid toegewenst!

A recap of my blogpost for vtwonen.nl about this year’s Christmas decorations in our home. If you want me to share any source, please drop me a line! And of course: have a merry December!

Cloak, dagger, amaryllis


Het is jammer dat de amaryllis niet het hele jaar door als snijbloem verkrijgbaar is. Het is namelijk de perfecte vervanger van de lelie met als groot voordeel dat ze niet stinken.

Afgelopen voorjaar probeerde ik het weer eens met een bos lelies. Ik knipte zelfs hun meeldraden uit de knoppen in de hoop dat dat die penetrante geurstekkerlucht zou voorkomen. Maar lelies zijn gewoon tot in iedere vezel doordrongen van die lucht. Je zou, als je lelies koopt, in feite een soort hoofdpijntoeslag betaald moeten krijgen. Want dat krijg ik van hun lucht.


Amaryllissen daarentegen, verspreiden geen lucht. Die stoppen al hun energie in mooi zijn. En ik vind ze toch echt heel erg op lelies lijken (zoals straks zal blijken, ben ik niet de enige die dat vind) dus ze zijn het perfecte, doch slechts beperkte tijd beschikbare, alternatief. Aan de andere kant: dan waardeer je ze ook weer meer, net zoals al die andere seizoensbloemen.

Van het Bloemenbureau kreeg ik een bos amaryllissen zonder bol toegezonden. Want dat vind ik wel weer een nadeel van de amaryllis, die bol. Ik herinner me nog vrij levendig die ene nacht dat we dachten dat er ingebroken werd en dat we, gewapend met een megazaklantaarn en een adrenalinegehalte waar je ‘u’ tegen zegt, de trap afslopen om er in de woonkamer achter de komen dat de amaryllis die op de kast stond zo topzwaar was geworden dat hij ervan af gevallen was. We hebben naar aanleiding van dat incident wel besloten om het aantal detectives dat we op dat moment volgden wat terug te schroeven.


Grappig genoeg is de amaryllis zoals wij hem kennen in feite geen Amaryllis, maar een Hippeastrum. Hippeastrum is de officiële naam van de bloemen die wij hier op het noordelijk halfrond rond kerst in huis zetten. De échte amaryllis komt uit Afrika, houdt van warmte en bloeit in het voorjaar. Die amaryllissen lijken als twee druppels water op lelies en worden ook vaak zo genoemd (‘Jersey Lily‘, ‘Easter Lily‘), maar zijn slechts verre neven en nichten van de échte lelie (Lilium). Ja, een jaar lang verdiepen in bloemsoorten maakt één ding wel duidelijk: botanisten én de overlevering hebben een potje gemaakt van die bloemennamen.

Als je wél voor een amaryllisbol gaat, kies dan voor een bol die stevig aanvoelt, mooi groen met wit is en die mooie wortels heeft. Let ook op met kinderen en huisdieren, want het sap van de amaryllis is giftig. Hij is namelijk direct verwant aan de narcis. En zet hem dus ergens naar waar hij niet om kan vallen. Tenzij je wel van een beetje spanning en sensatie houdt natuurlijk.

Meer bloemweetjes en -inspiratie? Kijk dan eens op Mooiwatbloemendoen, met wie ik deze blogpost maakte.

The Dutch Flower council sent me this beautiful bouquet of amaryllis flowers. They’re commonly seen here in The Netherland with their bulb still attached to them, but I like them more without the bulb. Not just because they look pretty spectacular when they’re with so many, but also because I still vividly remember that night when we thought there was a burglar in our living room, but what turned out to be a top heavy amaryllis that had toppled off a cupboard. After that night we concluded we really had to cut back our detective binge watching habit.

If you’re looking for more flower related inspiration, take a peek at the website of Mooiwatbloemendoen, whom I collaborated with for this blogpost.

Daisy

daisy-1
Het zal je misschien verbazen, maar in mijn vrije tijd ben ik afvalsorteerder. Tegen wil en dank, maar het is voor het goede doel. Dat zit zo: wij hebben maar liefst 4 kliko’s (of hoe die dingen ook mogen heten, bij ons heten ze kliko’s, maar ik het ook weleens gehoord dat ze silo’s genoemd worden). Ons afval verdelen we over die kliko’s. Plastic bij plastic. GFT bij GFT, papier bij papier, restafval bij restafval, Molly’s bij Molly’s, etc. etc. 

daisy-3
Ik vind het een prettige gedachte dat wij met al dat afval scheiden een bijdrage leveren aan het milieu. Tenminste, ik hoop dat dat de reden is van deze verkapte manier van werkverschaffing. Het is ook de enige reden waarom ik het trouw doe, alhoewel onder luid gemor. Je blíjft namelijk naar die kliko’s lopen. Waarmee ik wel mijn hersens een dienst schijn te bewijzen, want beweging is één van de beste dingen die je voor een gezond stel hersens doen kan. En oké, het geeft dus ook inzicht in de hoeveelheid afval die een driekoppig gezin produceert, ook dat heeft een functie. Dus ik doe het. Maar met gemor. Ook omdat dat een prachtig woord is, trouwens. Gemor.

Naast het scheiden zelf en het inzicht dat de mensheid afschuwelijk veel verpakkingsmateriaal voortbrengt, heeft dit, jawel, zelfs nóg een voordeel. De afvalbak in de keuken zit een stuk minder snel vol. Wij hebben nooit meer (of: amper nog) ruzie over wie er nu weer de afvalzak gaat vervangen. Dus (en hou je vast, er komt nu een héle flauwe woordgrap) áls we ooit besluiten te gaan scheiden, ligt het niet aan dat afval scheiden. Ghè!

daisy-2
Maar alle gekheid op een stokje en even terug naar die prullenbak. Ik had de mosterdgele (al heet het op de website Daisy Yellow) prullenbak van Brabantia al even in de smiezen. Als in: dat ik hem wilde bezitten. De prullenbak ervoor functioneerde prima, al struikelden we aan de lopende band over zijn pedaal. Dat metalige geluid, van een voet die in aanraking komt met een uitstekend pedaal, was inmiddels een geluid dat bij ons huishouden hoorde. Vertrouwd, maar desalniettemin vrij irritant voor degene die aan de voet vastzat.

Onze nieuwe gesponsorde Brabantia is lager en breder, een stuk lichter en zijn pedaal een stuk minder ‘in your foot‘. Ergo: hij komt minder ver de kleine ruimte die onze keuken is in. Het deksel valt zachtjes dicht via een soft-closure techniek. Wat dan weer als nadeel heeft dat we het niet meer horen als onze dochter weer eens een vork/beker/boek/speelgoedje in de prullenbak gooit. Om daarna ontroostbaar te zijn om het verdwenen artikel.

daisy-4
Brabantia doet met deze prullenbakken ook een duit in het afvalzakje (het loopt de spuigaten uit vandaag, met die woordgrappen): voor iedere prullenbak die ze verkopen steunen zij The Ocean Cleanup bij hun strijd tegen de plastic soep in onze oceanen. Kijk, alle beetjes helpen. Daarom loop ik iedere dag gewoon weer een keer of tien naar onze kliko’s. Als dat het minste is wat ik voor ons milieu kan doen, dan doe ik dat. Al dan niet morrend.

A lot of super lame waste-related puns, waste separation and about our new musterd yellow waste bin made by Dutch brand Brabantia

Love is love and doesn’t change in a century or two

Liefde is de baas - Oh Marie!
Ik schrijf niet vaak over onze dochter. Eigenlijk nooit. Het internet is zo groot en zij zo klein. Alles wat ik over haar en mij zou schrijven is al honderden malen door andere moeders opgeschreven. Beter waarschijnlijk ook. Sommige zaken moeten vooral gevoeld worden en hebben niet almaar omschrijvingen nodig.

Liefde is de baas - Oh Marie!
Zoals ieder kindje waarvan gehouden wordt, is Jet voor ons de allerliefste, leukste, grappigste. Vrolijk, open, gemakkelijk. Ze loopt altijd te zingen. En te scharrelen.

Sinds we een kind hebben, zit geluk in nog kleinere dingen. Jet die achterop de fiets haar hele repertoire liedjes zingt, of ineens zegt “goed gedaan, pappa!” als hij een boterham voor haar heeft gesmeerd. Het is misschien alledaags en volledig uitwisselbaar, maar toch voelt het allemaal bijzonder. En vervult het ons met grote liefde en vertedering. Mijn hart lijkt bijna te klein voor zoveel liefde.

Liefde is de baas - Oh Marie!Liefde is de baas - Oh Marie!
We gingen met haar naar het bos, wat we eigenlijk vaker zouden moeten doen. Ze wilde haar handschoentjes niet aan en we vergaten zakdoeken mee te nemen, maar vies worden is iets waar Jet gek op is. Net als op takjes, eikels, steentjes, stiften, de maan, Lego, boekjes en dieren in alle soorten en maten. (Momenteel lijken alleen geiten niet onder de indruk te zijn van haar onstuimige tweejarigen liefde.)

Liefde is de baas - Oh Marie!Liefde is de baas - Oh Marie!
Een boswandeling uit een dozijn, maar het kan me niets schelen. Kinderen maken de toppen hoger en de dalen dieper. Deze liefde maakt ons kwetsbaar, machteloos. Maar zonder die kwetsbaarheid zou het leven maar een doodse plek zijn.

Liefde is de baas - Oh Marie!
I don’t post a lot about our daughter. The internet is just so big and she’s so little. Besides, everything I’d write about her has already been written down by other parents. Probably better. Some feelings just need to be felt, not constantly described. But that’s just my humble opinion.

Like every other kid that’s loved, our little girl is the funniest and sweetest girl on the planet. She’s happy, bright, easygoing. Always singing, pottering around. She loves the woods, fiddling with mud, leaves, branches and stones. She loves it as much as she loves the moon, Lego, books and animals in all shapes and sizes. (Goats are currently the only animals that aren’t impressed by her boisterous gestures of love.)

Since she came into our lives, the little things in life became even more important. Her singing her songs on a bike ride, or saying ‘well done, daddy!’ when my Love made her a sandwich. It’s all so very ordinary and exchangeable, but it feels special nonetheless. It fills us with a love so big it almost doesn’t fit our hearts. This love makes us vulnerable, powerless. But without it, life would be a barren place.